Hartfalen kunnen ontstaan door bijvoorbeeld een hartinfarct. Dat is een beschadiging van de hartspier die ontstaat als de hartspier een tijd te weinig zuurstof krijgt. Bloed neemt zuurstof op in de longen en transporteert het via de kransslagaderen naar de hartspier. Bij een hartinfarct stroomt er te weinig zuurstofrijk bloed naar de hartspier. Dat gebeurt als een kransslagader ernstig vernauwd is en wordt afgesloten door een bloedstolsel.
De kans op een vernauwing van de kransslagaders en dus op hartfalen wordt verhoogd door:
- Roken
- Stress
- Een hoog cholesterolgehalte
- Hoge bloeddruk
- Weinig beweging
- Overgewicht
- Erfelijke aanleg (familiaal)
- Suikerziekte (diabetes mellitus)
- Perifeer vasculair lijden
Hoge bloeddruk veroorzaakt bijna nooit klachten, maar is wel een risicofactor voor het krijgen van een hartinfarct. Een verhoogde bloeddruk versnelt het vernauwingsproces in de bloedvaten en zorgt ervoor dat het hart harder moet gaan werken. Laat de bloeddruk daarom eens per maand door de huisarts controleren. Indien het nodig is de bloeddruk vaker te controleren kan men het best zelf een bloeddrukmeter aanschaffen.
Revalidatie na hartfalen
Bij hartfalen krijgt men een aantal medicijnen voorgeschreven. Van de meeste medicijnen is het belangrijk dat u ze dagelijks inneemt en niet stopt zonder overleg met de huisarts. Na een hartinfarct voelt iedereen zich angstig en onzeker. Het kost tijd om van de eerste schrik te bekomen en met vertrouwen naar de toekomst te kijken.
Meestal kan men kort na een hartinfarct al gaan werken aan herstel (het revalidatieprogramma). Samen met anderen die ook een door hartfalen zijn gekwetst, gaat men oefenen. Te beginnen met rustige oefeningen die geleidelijk wordt opgevoerd naar sporten. Langzaam wordt het lichaam weer sterker.
Revalidatie na hartfalen duurt drie tot zes maanden. Meestal oefent men tweemaal per week in een groep. Thuis moet u stap voor stap aan de slag met wandelen en fietsen.
Men moet weer vertrouwen krijgen in het eigen lichaam, zodat u activiteiten thuis en op het werk weer geleidelijk kan opvoeren.
Door gezond te leven kan is het mogelijk de kans op klachten of op een nieuw hartinfarct verkleinen. Stoppen met roken hoort hierbij, omdat dit een van de grootste veroorzakers is van hart- en vaatziekten.
Zorg voor voldoende lichaamsbeweging zonder al te veel te forceren. Bouw de activiteiten geleidelijk op en houd rekening met de lichamelijke mogelijkheden/beperkingen. Ga een aantal malen per week wandelen, fietsen of zwemmen.
Let ook op het gewicht. Als iemand te zwaar is, probeer dan af te vallen. Overgewicht vormt een extra belasting voor het hart.
Eet gezond. Gebruik veel plantaardige voedingsmiddelen, verse groenten en fruit. Gebruik weinig vet en kies bij voorkeur voedingsmiddelen met meervoudig onverzadigde vetten zoals in plantaardige olie, vis of noten.
Beperk het gebruik van alcohol tot één à twee glazen per dag.